Jacob Olle die reed tachtig
En het stoplicht sprong op rood
Het ligt nog vers in het geheugen
Want hij is pas 1 dag dood
Veertien regels, bladzij zeven
Vond ik in het ochtendblad
Maar de tijd heelt alle wonden
Met vergeet, men vergat
Via de Karel Doormankade
Langs het standbeeld van Calvijn
Over de Pieter Mauritssingel
Naar het Wilhelminaplein
Grote woorden, grote namen
Olle's naam was niet zo groot
Toch is er een overeenkomst
Want hij is nu net zo dood
Vroeger vocht hij voor de vrede
In een ver en vochtig land
Schoot hij dertig man aan stukken
En stak daarna het dorp in brand
Hiervoor kreeg hij toen 't grootkruis
In de Nederlandse leeuw
Maar soms werd hij 's nachts weer wakker
Met een kreet, met een schreeuw
Over de Gouverneur van Heutzlaan
Langs het standbeeld van Colijn
Rijdt hij naar z'n laatste rustplaats
Aan het Keizer Karelplein
Grote woorden, grote namen
Olle's naam was niet zo groot
Maar misschien komt hij ze tegen
Want hij is nu net zo dood
Aan het graf wat mooie woorden
En met een soldaat op wacht
Troost het vaderland een moeder
Die een held ter wereld bracht
Vrolijk lachend op de foto
Met z'n blonde bibophaar
Staat hij in een zilveren lijst
Twintig jaar, op het dressoir
Jacob Olle, wij beloven
Dat jouw naam blijft voortbestaan
Nee, wij zullen nooit vergeten
Wat je voor ons hebt gedaan
Er is een pad naar hem genoemd
Wat een straat kon er niet af
Onkruid groeit er, duinroos bloeit er
Het is een stuk buiten de stad
Weinig mensen kom je tegen
Op het Jacob Ollepad
Zelfs een hond keert halverwege weer terug
Het loopt dood...
En het stoplicht sprong op rood
Het ligt nog vers in het geheugen
Want hij is pas 1 dag dood
Veertien regels, bladzij zeven
Vond ik in het ochtendblad
Maar de tijd heelt alle wonden
Met vergeet, men vergat
Via de Karel Doormankade
Langs het standbeeld van Calvijn
Over de Pieter Mauritssingel
Naar het Wilhelminaplein
Grote woorden, grote namen
Olle's naam was niet zo groot
Toch is er een overeenkomst
Want hij is nu net zo dood
Vroeger vocht hij voor de vrede
In een ver en vochtig land
Schoot hij dertig man aan stukken
En stak daarna het dorp in brand
Hiervoor kreeg hij toen 't grootkruis
In de Nederlandse leeuw
Maar soms werd hij 's nachts weer wakker
Met een kreet, met een schreeuw
Over de Gouverneur van Heutzlaan
Langs het standbeeld van Colijn
Rijdt hij naar z'n laatste rustplaats
Aan het Keizer Karelplein
Grote woorden, grote namen
Olle's naam was niet zo groot
Maar misschien komt hij ze tegen
Want hij is nu net zo dood
Aan het graf wat mooie woorden
En met een soldaat op wacht
Troost het vaderland een moeder
Die een held ter wereld bracht
Vrolijk lachend op de foto
Met z'n blonde bibophaar
Staat hij in een zilveren lijst
Twintig jaar, op het dressoir
Jacob Olle, wij beloven
Dat jouw naam blijft voortbestaan
Nee, wij zullen nooit vergeten
Wat je voor ons hebt gedaan
Er is een pad naar hem genoemd
Wat een straat kon er niet af
Onkruid groeit er, duinroos bloeit er
Het is een stuk buiten de stad
Weinig mensen kom je tegen
Op het Jacob Ollepad
Zelfs een hond keert halverwege weer terug
Het loopt dood...