Ik kom naar huis,
ik ben op weg naar jou.
Er is zoveel wat ik nog met jou beleven wou.
Ik vraag je,
ik smeek je.
Al deed ik jou verdriet en pijn,
ik wil weer jou geliefde zijn.
Ik ben weer onderweg naar jou,
want ik ben niemand zonder jou.
Jij bent de allermooiste vrouw,
daarom kom ik weer terug naar jou.
Laat mij niet staan,
en wantrouw me niet.
Ik verbrande alle schepen, die ik achter me liet.
Ik vraag je,
ik smeek je.
Al deed ik jou verdriet en pijn,
ik wil weer jou geliefde zijn.
Ik ben weer onderweg naar jou,
want ik ben niemand zonder jou.
Jij bent de allermooiste vrouw,
daarom kom ik weer terug naar jou.
Ik kom naar huis.
ik ben op weg naar jou.
Er is zoveel wat ik nog met jou beleven wou.
Ik vraag je,
ik smeek je.
Al deed ik jou verdriet en pijn,
ik wil weer jou geliefde zijn.
Ik ben weer onderweg naar jou,
want ik ben niemand zonder jou.
Jij bent de allermooiste vrouw,
daarom kom ik weer terug naar jou.
Laat mij niet staan,
en wantrouw me niet.
Ik verbrande alle schepen, die ik achter me liet.
Ik vraag je,
ik smeek je.
Al deed ik jou verdriet en pijn,
ik wil weer jou geliefde zijn.
Ik ben weer onderweg naar jou,
want ik ben niemand zonder jou.
Jij bent de allermooiste vrouw,
daarom kom ik weer terug naar jou.
Ik kom naar huis.