een mooie dinsdagochtend
ik wandel door het rood
het meisje ligt te slapen
en ik, ik ga om brood
bevrijd van moeizaam denken
gedragen door het licht
m'n leven één moment
een zoet gedicht
schrijvers van de schoonheid
schrijvers van de troep
het woord is aan de bakker
de bakker om de hoek
zijn vlaams is onbestaande
maar ik spreek frans voor drie
in mij huist al een tijd
deze melodie
ik denk aan hij die opgaf
zijn leven zonder zin
nu leeft hij slechts
in mijn herinnering
schrijvers vol pretentie
schrijvers zonder naam
hier sta ik bij de bakker
zie je me niet staan
oh, lichtere momenten
platanen op een rij
en ook nog het vooruitzicht
op ontbijt
de stad, ze toont haar charme
ze oogt zo aangenaam
alvorens met de uren
tot broeikas te vergaan
de dag is vol belofte
de dag weegt nog geen lood
ik heb nog recht op koffie
en op brood
brood
koffie en brood
koffie en brood
ik wandel door het rood
het meisje ligt te slapen
en ik, ik ga om brood
bevrijd van moeizaam denken
gedragen door het licht
m'n leven één moment
een zoet gedicht
schrijvers van de schoonheid
schrijvers van de troep
het woord is aan de bakker
de bakker om de hoek
zijn vlaams is onbestaande
maar ik spreek frans voor drie
in mij huist al een tijd
deze melodie
ik denk aan hij die opgaf
zijn leven zonder zin
nu leeft hij slechts
in mijn herinnering
schrijvers vol pretentie
schrijvers zonder naam
hier sta ik bij de bakker
zie je me niet staan
oh, lichtere momenten
platanen op een rij
en ook nog het vooruitzicht
op ontbijt
de stad, ze toont haar charme
ze oogt zo aangenaam
alvorens met de uren
tot broeikas te vergaan
de dag is vol belofte
de dag weegt nog geen lood
ik heb nog recht op koffie
en op brood
brood
koffie en brood
koffie en brood