Ten dage dat ik oud zal zijn
Hoop ik in vrede dood te gaan
Zonder daarna verplicht te worden
In een vreemde buitenaardse orde
Als een ontheemde ziel te moeten voortbestaan.
Want sterven ook de bloemen niet
En gaan zelfs niet de vogels dood.
Hoe zal het mij dan zijn gegeven
Eindeloos maar door te blijven leven
Totaal van alle ruimte en van tijd ontbloot.
Wat is dat voor een hoogmoedswaan
Waarmee de mens zichzelf verheft,
Boven de sterren en planeten
Boven wat hij na vermag te meten
Terwijl hij nog niet eens zijn eigen plaats beseft.
Ten dage dat ik dood zal zijn,
Leg mij dan in de koele grond
Liefst zonder kist en zonder kleren,
Zodat ik in vrede weer kan keren
Een zijnde met het al waaruit ik eens ontstond.
Hoop ik in vrede dood te gaan
Zonder daarna verplicht te worden
In een vreemde buitenaardse orde
Als een ontheemde ziel te moeten voortbestaan.
Want sterven ook de bloemen niet
En gaan zelfs niet de vogels dood.
Hoe zal het mij dan zijn gegeven
Eindeloos maar door te blijven leven
Totaal van alle ruimte en van tijd ontbloot.
Wat is dat voor een hoogmoedswaan
Waarmee de mens zichzelf verheft,
Boven de sterren en planeten
Boven wat hij na vermag te meten
Terwijl hij nog niet eens zijn eigen plaats beseft.
Ten dage dat ik dood zal zijn,
Leg mij dan in de koele grond
Liefst zonder kist en zonder kleren,
Zodat ik in vrede weer kan keren
Een zijnde met het al waaruit ik eens ontstond.