Eens per jaar gaat Ko terug
naar 't kleine huis bij de Westerbrug
Hij kijkt niet links, hij kijkt niet rechts
Zijn blik verankerd, mijlenver
duizend maal heeft hij gevraagd
om een teken hier op aard
heeft het leven dan nog zin
want niets is meer, herinnering
Hij neemt de zee en geeft,
maar ko heeft nooit eens iets ontvangen
Doch hij bidt telkens weer,
hij leegt het net van zijn verlangen
ginds de hoop, hier de zin
het water stijgt, de vloed zet in
de zee & ko gaan zij aan zij
ten onder aan de muiterij
eens per jaar gaat ko terug
naar 't kleine huis bij de Westerbrug
dan kijkt hij triest de kustlijn na
zijn droom daalt af in het zeemansgraf
Hij neemt de zee en geeft
maar ko heeft nooit eens iets ontvangen
Doch hij bidt telkens weer,
hij leegt het net van zijn verlangen
naar 't kleine huis bij de Westerbrug
Hij kijkt niet links, hij kijkt niet rechts
Zijn blik verankerd, mijlenver
duizend maal heeft hij gevraagd
om een teken hier op aard
heeft het leven dan nog zin
want niets is meer, herinnering
Hij neemt de zee en geeft,
maar ko heeft nooit eens iets ontvangen
Doch hij bidt telkens weer,
hij leegt het net van zijn verlangen
ginds de hoop, hier de zin
het water stijgt, de vloed zet in
de zee & ko gaan zij aan zij
ten onder aan de muiterij
eens per jaar gaat ko terug
naar 't kleine huis bij de Westerbrug
dan kijkt hij triest de kustlijn na
zijn droom daalt af in het zeemansgraf
Hij neemt de zee en geeft
maar ko heeft nooit eens iets ontvangen
Doch hij bidt telkens weer,
hij leegt het net van zijn verlangen