Hallo Klazien, tijd niet gezien
Hallo Gerard, kom 'ie koffie drinken?
Nee, ik heb zo last van me schouwer
Hoe komt dat? Stijf?
Stijf
Daar weet ik wel wat op
Klazien, uit Zalk, zij is onze Klazien (Jawel)
Klazien, uit Zalk, dat kun je wel zien (Och, ja)
Voor alle kwalen heeft zij een medicijn (Niet voor alles!!)
Klazien uit Zalk, en weg is de pijn (De pien)
(Dat rijmt niet, dat rijmt niet)
Heb je last van wintertenen, doen je schouwerbladen zeer
Heb je veel te dikke benen, gaat je bloeddruk op-en-neer
Valt je haar uit, heb je kloofjes, ach 't maakt Klazien niet uit
Zij weet overal wel raad op en haar toverspreuk, die luidt:
(Wat is je toverspreuk?)
(Jas an (jas an), jas uit (jas uit))
Jas aan (ja), jas uit (ja)
Jas aan (jas aan), jas uit (jas uit)
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
(Hij gaat lekker he)
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
(Hij begint al los te komen, m'n schouwer)
(Mooi toch?)
Gaat je moedervlek bewegen, zit er schimmel op je tong
Heb je pukkeltjes gekregen, voel je je niet meer zo jong
Heb je hoofdpijn, kiespijn, rugpijn, ach 't maakt Klazien niet uit
Zij weet overal wel raad op en haar toverspreuk, die luidt:
(Daar gaan we weer)
(Jassie an (jas an, jas an) Jas uit)
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Hallo Gerard, kom 'ie koffie drinken?
Nee, ik heb zo last van me schouwer
Hoe komt dat? Stijf?
Stijf
Daar weet ik wel wat op
Klazien, uit Zalk, zij is onze Klazien (Jawel)
Klazien, uit Zalk, dat kun je wel zien (Och, ja)
Voor alle kwalen heeft zij een medicijn (Niet voor alles!!)
Klazien uit Zalk, en weg is de pijn (De pien)
(Dat rijmt niet, dat rijmt niet)
Heb je last van wintertenen, doen je schouwerbladen zeer
Heb je veel te dikke benen, gaat je bloeddruk op-en-neer
Valt je haar uit, heb je kloofjes, ach 't maakt Klazien niet uit
Zij weet overal wel raad op en haar toverspreuk, die luidt:
(Wat is je toverspreuk?)
(Jas an (jas an), jas uit (jas uit))
Jas aan (ja), jas uit (ja)
Jas aan (jas aan), jas uit (jas uit)
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
(Hij gaat lekker he)
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
(Hij begint al los te komen, m'n schouwer)
(Mooi toch?)
Gaat je moedervlek bewegen, zit er schimmel op je tong
Heb je pukkeltjes gekregen, voel je je niet meer zo jong
Heb je hoofdpijn, kiespijn, rugpijn, ach 't maakt Klazien niet uit
Zij weet overal wel raad op en haar toverspreuk, die luidt:
(Daar gaan we weer)
(Jassie an (jas an, jas an) Jas uit)
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit
Jas aan, jas uit